Overslaan en naar de inhoud gaan

OGTT (orale glucosetolerantietest)

WAT ZIJN GOEDE INDICATIES VOOR EEN ORALE GLUCOSETOLERANTIETEST?

 

-        nuttig bij:
          *        patienten met een nuchtere bloedsuiker tussen 110 en 140 mg/ dl
          *        patienten met familiale antecedenten van diabetes
          *        chronische pancreatitis of volgen van acute pancreatitis
          *        zwangere vrouwen (best op 25 weken zwangerschap) met een vermoeden van glucose-intolerantie

-        aantonen van:
          *        vroegtijdige hypoglycemie (bv. dumpingsyndroom)
          *        laattijdige hypoglycemie (bloedmonsters over een periode van 6 uur)
          *        bevestigen van een vermoeden van malabsorptie
 

 

WANNEER IS DE GLUCOSETOLERANTIETEST AFWIJKEND?

 

De voornaamste oorzaken zijn:

-        type 1-diabetes (10%)

-        type 2-diabetes (90%)

-        pancreaspathologie:
          *        acute of chronische pancreatitis
          *        neoplasie van de pancreas

-        hormonale oorzaken:
          *        overmaat adrenaline: stress, shock, feochromocytoom, brandwonden
          *        overmaat corticoiden: corticotherapie, Cushing
          *        overmaat glucagon: glucagonoom
          *        overmaat groeihormoon: acromegalie
          *        thyrotoxicose

-        een latente diabetes kan tijdelijk decompenseren ten gevolge van:
          *        infectie
          *        traumata
          *        stress
          *        operatie
          *        zwangerschap
          *        geneesmiddelen: diuretica, fenytoine, contraceptiva, bêta-blokkers
          *        infusen met glucose

-        opmerkingen:
          *        bij malabsorptie is deze test ook gestoord en toont een vlak verloop
          *        bij een dumping-syndroom na een gastrectomie is de glycemie vroegtijdig
                    verhoogd met een snelle val door secretie van insuline en mogelijk
                    secundaire hypoglycemie na 2 uur
          *        een gelijktijdige bepaling van de insulinemie maakt het mogelijk de
                    insulinerespons na te gaan en hypoglycemie tgv hyperinsulinemie op te
                    sporen
          *        het uitvoeren van een intraveneuse glucosebelastingstest met bepaling
                    van de insulinemie na 1 en 3 minuten kan nuttig zijn om een beginnende
                    type 1-diabetes aan te tonen
 

FYSIOLOGISCHE BASIS VOOR DE OGTT:

 

-        nuttig bij patienten met familiale antecendenten of bij glycemies aan
          de bovengrens van de normale waarden (tussen 110-130 mg/dl)
-        men laat de patient een bepaalde hoeveelheid glucose per os drinken
          en elke 30 minuten gaat men de glycemie, insulinemie, het C-peptide
          en de glycosurie bepalen
-        normaal leidt dit tot een snelle verhoging van de glycemie (tot 200 mg/dl) die
          verantwoordelijk is voor de secretie van insuline door de bêta-cellen
          van de eilandjes van Langerhans
-        onder invloed van insuline daalt de glycemie geleidelijk om na 120 minuten
          normale waarden te bereiken met een mogelijke
          hypoglycemische waarde na 3 uren
-        voorwaarden voor de patient voor een betrouwbare test:
          *        12 uur nuchter zijn
          *        gedurende 3 dagen voor de test een normale voeding nuttigen
                    en voor de test geen grote fysieke inspanning verrichten
          *        geen geneesmiddelen nemen die de test kunnen verstoren
                    (diuretica, corticoiden, hypotensiva, ...)
      
HOEVEEL GLUCOSE DIEN JE TOE BIJ DE OGTT?
          *        volwassenen:  75 g glucose in 250 tot 300 ml water
          *        kinderen: 1.75 g glucose/ kg lichaamsgewicht met een max. van 75 g
          *        bloedname: 0, 30, 60, 90 en 120, 240 minuten met bepaling van de
                    glycemie en glycosurie
          *        buisje met fluoride

REFERENTIEWAARDEN:

          *        normale waarden mg/ dl:
                    -        nuchter:      < 110
                    -        60 min:        160 - 200
                    -        120 min:      < 140
                    -        240 min:      < 130

          *        glucoseintolerantie (mg/ dl):
                    -        nuchter:      110 - 140
                    -        60 min:        > 200
                    -        120 min:      140 - 200
                    -        240 min:      140 - 200

          *        uitgesproken diabetes (mg/ dl):
                    -        nuchter:      > 140
                    -        60 min:        > 200
                    -        120 min:      < 200
                    -        240 min:      < 200

Voeg een nieuwe reactie toe

Login om te reageren